Veel Nederlanders bereid om te betalen voor online informatie

Nederlanders gierig? Uit een peiling die GfK in opdracht van de Wall Street Journal blijkt van niet. Het onderzoek toont aan dat 19 procent van de Nederlanders bereid is om te betalen voor online content. Het percentage lag in Nederland het hoogst van alle onderzochte landen bestaande uit; 15 EU-landen, Turkije en de Verenigde Staten.

Het thuisgebruik van internet scoort ook hoog in Nederland. Zo'n 90% surft en mailt ook na werktijd op internet. Hierbij wordt vooral internet vooral gebruikt voor; algemene zoekopdrachten (65%), e-mailen met familie en vrienden (58%), nieuws lezen (29%), muziek downloaden/streamen (15%), social networking zoals Hyves, LinkedIn, Facebook (15%). Dit percentage ligt in verhouding met andere landen erg hoog aangezien daar slechts 37% van de bevolking na het werk online is.

Kranten spannen samen om Kopenhagen tot succes te maken

Vandaag hebben 57 kranten uit 46 landen in een gezamenlijk hoofdredactioneel commentaar een oproep gedaan aan de politici die in Kopenhagen samenkomen op de VN-klimaatconferentie om de bijeenkomst tot een goed einde te leiden.

Het initiatief van het plan kwam van het Britse dagblad The Guardian. De gedachte achter het plan is dat de klimaatverandering een wereldwijd probleem is dat met grote urgentie gezamenlijk moet worden aangepakt. De Volkskrant heeft als Nederlandse partij meegedaan aan deze actie.

Nrc.next beste weblog 2009

De weblog van dagblad NRC.Next is verkozen tot beste weblog 2009. De site is tevens uitgeroepen tot beste nieuws- en opinieweblog. Dat is gisterenavond bekend gemaakt tijdens de uitreiking van de Dutch Bloggies 2009 in poppodium Paard van Troje in Den Haag.

Tijdens de negende verkiezing van beste weblogs van Nederlandse bodem werden er prijzen uitgedeeld in 16 categoriën. De vakjury verkoos als beste politieke weblog (Weblog Washington), best geschreven weblog (Lief Dagboek) en beste lifestyle weblog (Nalden.net).

Columnist Nico Dijkshoorn won de prijs voor de beste microblogger dankzij de inhoud van zijn Twitteraccount. De populariteit van de iPhone vind zijn weerslag op het web, de iPhoneclub bleek onder het publiek de meest populaire weblog.

HEMA en NOS-journaal meest onmisbaar

Uit onderzoek van EURIB/European Institute for Brand Management blijkt dat ING door 38% van de Nederlanders als onmisbaar wordt ervaren. In 2008 vond maar liefst 58% van de consumenten de Postbank, die dit jaar opging in de ING, nog onmisbaar. Uit het onderzoek onder 1.036 consumenten blijkt verder dat vrouwen er niet aan moeten denken dat de HEMA verdwijnt (81% onmisbaarheid). Voor mannen is het NOS-journaal met 71% het meest onmisbare merk.

Bijna driekwart van de EURIB Top-100 Onmisbare Merken is van Nederlandse komaf (74%). Het eerste buitenlandse merk is Google op de 6e plaats. Overall is warenhuis HEMA met 77% de nummer één, gevolgd door Kruidvat (68%) en Blokker (58%). Winkelmerken zijn vooral bij vrouwen populair; hun top 6 bestaat uit louter winkels. De meest onmisbare merken voor mannen zijn – naast het NOS Journaal – Google (67%) en NOS-omroep (63%).

Michiel Veenstra meest invloedrijke BN'er op Twitter

3FM-DJ Michiel Veenstra is de meest invloedrijke BN'er op Twitter, gevolgd door zangeres Esmee Denters en Adam Curry. Dat blijkt uit www.tweetlevel.com, een nieuwe tool van communicatiebureau Edelman. Iedere Twitteraar kan dankzij de Tweetlevel formule, gebaseerd op betrokkenheid, betrouwbaarheid en populariteit, zijn eigen invloed op Twitter meten en deze vergelijken met die van vrienden, collega's en anderen die je 'volgt'.

De meeste tools kijken alleen naar het aantal volgers en berichten, oftewel meten de populariteit van de Twitteraar. Tweetlevel kijkt ook naar de betrokkenheid, hoeveel mensen er berichten retweeten en hoe vaak de BN'er op Twitter met andere mensen kletst. Dit alles bepaalt de invloed van de Twitteraar.

CDA pleit voor staatsteun ANP

Het CDA wil dat de staat het Algemeen Nederlands Persbureau (ANP) deels gaat financieren. Het doel hiervan is om de kosten van het nieuws voor krantenuitgevers en andere klanten van het ANP terug te brengen.

Dit stelt Joop Astma vandaag voor tijdens het Kamerdebat over de toekomst van de kranten. Mocht het plan navolging vinden dan kan het plan van Plasterk om vier miljoen in kranten en opiniebladen te investeren worden geschrapt.

Door lage rendementseisen van de staat kunnen lage tarieven worden gehanteerd, waarvan de media zullen profiteren. De subside voor de NOS zou ook teruggebracht kunnen worden aangezien het ANP voor een deel hetzelfde werk kan verrichten. Het doel zou moeten zijn om 49 of 51 procent van de aandelen van het Nederlands persbureau te kopen.

Astma gelooft niet dat een staatsinvestering gelijk staat aan staatsbemoeienis. Volgens hem zal de overheid de pers het werk laten doen en afstand bewaren.

Twitter introduceert magazine

De social media website Twitter lanceert eind december een papieren variant. Twittermagazine zal een glossy worden over Twitter, lifestyle en social media.

Initiatiefneemster Jessica de Kok geeft aan dat het tijdschrift wordt gericht op een brede doelgroep, namelijk twitteraars en niet-twitteraars. Het magazine heeft een oplage van drieduizend stuks, maar zal ook te downloaden zijn op internet.

1000ste editie HP/de Tijd

Vandaag verschijnt na 19 jaar de duizendste editie van HP/De Tijd. Het 204 pagina's tellende exemplaar vormt een compilatie van de beste artikelen ooit verschenen in het blad. Enkele voorbeelden zijn; ‘Er is iets mis met de islam' (2001), Margarita-interview, Portret van ‘billentikker' Ruud Lubbers, 'Memoires van een cokesnuiver', Interview met Wilders in zijn VVD-nadagen.

Volgens hoofdredacteur Jan Dijkgraaf vormt de jubileum editie een dubbele statement. Enerzijds moet het streven van de redactie zijn om wekelijks het niveau van het beste uit het verleden te bereiken. Anderszijds is het een signaal dat HP/De Tijd economisch weer springlevend is en na jaren van dalende cijfers weer in groeiscenario's kan denken.

De eerste editie van HP/De Tijd kwam op 14 september 1990 uit. Het blad is ontstaan uit een fusie van de weekbladen Haagse Post en De Tijd.